Resumen
Neerlandés a español:   más información...
  1. waaier:
  2. waaieren:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de waaier de neerlandés a español

waaier:

waaier [de ~ (m)] sustantivo

  1. de waaier
    el abanico; el abanillo; el espectro

Translation Matrix for waaier:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
abanico waaier
abanillo waaier
espectro waaier droombeeld; gamma; geest; geestverschijning; hersenschim; illusie; scala; schim; schrikbeeld; spectrum; spook; spookbeeld; spookverschijning; verschijning

Palabras relacionadas con "waaier":

  • waaieren, waaiers, waaiertje, waaiertjes

Wiktionary: waaier

waaier
noun
  1. scherm in halve schijfvorm

Cross Translation:
FromToVia
waaier abanico fan — hand-held device
waaier abanico Fächer — Gegenstand zum Zuwedeln von kühlender Luft
waaier rueda hidráulica roue à aubes — - roue à aubes
waaier abanico éventail — Instrument pour s’éventer

waaieren:

waaieren verbo (waaier, waaiert, waaierde, waaierden, gewaaierd)

  1. waaieren (uitzwermen; verspreiden; zich verspreiden; uitwaaieren)

Conjugaciones de waaieren:

o.t.t.
  1. waaier
  2. waaiert
  3. waaiert
  4. waaieren
  5. waaieren
  6. waaieren
o.v.t.
  1. waaierde
  2. waaierde
  3. waaierde
  4. waaierden
  5. waaierden
  6. waaierden
v.t.t.
  1. heb gewaaierd
  2. hebt gewaaierd
  3. heeft gewaaierd
  4. hebben gewaaierd
  5. hebben gewaaierd
  6. hebben gewaaierd
v.v.t.
  1. had gewaaierd
  2. had gewaaierd
  3. had gewaaierd
  4. hadden gewaaierd
  5. hadden gewaaierd
  6. hadden gewaaierd
o.t.t.t.
  1. zal waaieren
  2. zult waaieren
  3. zal waaieren
  4. zullen waaieren
  5. zullen waaieren
  6. zullen waaieren
o.v.t.t.
  1. zou waaieren
  2. zou waaieren
  3. zou waaieren
  4. zouden waaieren
  5. zouden waaieren
  6. zouden waaieren
diversen
  1. waaier!
  2. waaiert!
  3. gewaaierd
  4. waaierend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for waaieren:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
desbandarse uitwaaieren; uitzwermen; verspreiden; waaieren; zich verspreiden
dispersar uitwaaieren; uitzwermen; verspreiden; waaieren; zich verspreiden ronddelen; rondgeven; rondreiken; uit elkaar stuiven; uit elkaar vliegen; uitdelen; uiteenstuiven; uiteenvliegen; uitreiken; verdelen; verdrijven; verjagen; wegdrijven; wegjagen
enjambrar uitwaaieren; uitzwermen; verspreiden; waaieren; zich verspreiden

Palabras relacionadas con "waaieren":


Wiktionary: waaieren

waaieren
verb
  1. een waaier gebruiken
  2. zich koelte toewuiven

Traducciones automáticas externas: