Resumen
Neerlandés a español:   más información...
  1. stoutheid:
  2. stout:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de stoutheid de neerlandés a español

stoutheid:

stoutheid [de ~ (v)] sustantivo

  1. de stoutheid (ondeugendheid; lelijkheid)
    la travesura; la picardía

Translation Matrix for stoutheid:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
picardía lelijkheid; ondeugendheid; stoutheid baldadigheid; deugnieterij; gekheid; kattenkwaad; kwajongensstreek; malligheid; ondeugendheid; schalksheid; schelmenstreek; schelmerij; schelmsheid; snaaksheid
travesura lelijkheid; ondeugendheid; stoutheid baldadigheid; deugnieterij; kattenkwaad; kwajongensstreek; ondeugendheid; schalksheid; schelmenstreek; schelmerij; schelmsheid; snaaksheid

Palabras relacionadas con "stoutheid":


Wiktionary: stoutheid


Cross Translation:
FromToVia
stoutheid audacia audacehardiesse excessif.

stout:


Translation Matrix for stout:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
atrevido branie; brutaal joch; dikdoenerij; gebluf; gebral; gepoch; grootspraak; opschepperij; snoeverij; waaghals
fuerte citadel; deurslot; kasteel; ridderkasteel; ridderslot; slot; sterke kant; sterke zijde
fuerza aandrift; aandrijving; capaciteit; daadkracht; dapperheid; doortastendheid; dynamiek; energie; esprit; felheid; fermheid; flinkheid; forsheid; fut; gehardheid; gestaaldheid; geweld; heftigheid; hevigheid; intensiteit; koenheid; kracht; krachtdadigheid; kranigheid; macht; moed; momentum; onversaagdheid; puf; sterkte; stevigheid; stoerheid; stootband; stuwkracht; vermogen; voortstuwing; voortvarendheid; werklust
notable notabel; notabele
AdjectiveTraducciones relacionadasOther Translations
- ondeugend
ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
alentado dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig beslist; besluitvaardig; gedecideerd; kordaat; manhaftig; resoluut; vastberaden
animoso dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig beslist; besluitvaardig; gedecideerd; kordaat; resoluut; vastberaden
arrojado dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig beslist; besluitvaardig; gedecideerd; geëmitteerd; in de atmosfeer gebracht; kordaat; resoluut; uitgestoten; uitgeworpen; vastberaden
atrevido dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig brutaal; doldriest; gedurfd; gewaagd; halsbrekend; lichtzinnig; loszinnig; niet beschroomd; onberaden; onbeschroomd; onbesuisd; ondoordacht; onnadenkend; onversaagd; onverschrokken; overmoedig; pikant; roekeloos; stoutmoedig; vermetel; vlegelachtig; vrijmoedig; vrijpostig; waaghalzig; zonder vrees
bizarro dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig
con fuerza dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig breed; dapper; ferm; fiks; flink; fors; manhaftig; moedig; moreel sterk; stevig; uit de kluiten gewassen
corpulento dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig afgesloten; beslist; besluitvaardig; corpulent; dicht; dik; gedecideerd; gesloten; gezet; kordaat; lijvig; resoluut; toe; vastberaden; vet; vetlijvig; zwaar van lijf; zwaarlijvig
decidido dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig beoogd; beslist; besluitvaardig; doelbewust; doortastend; drastisch; ferm; gedecideerd; kordaat; krachtdadig; krachtig; niet beschroomd; onbedeesd; onbeschroomd; resoluut; sterk; stoutmoedig; vastberaden; vastbesloten; voorgenomen; vrijmoedig; vrijpostig
esforzado dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig ambitieus; eerzuchtig; streverig
fuerte dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig bitter teleurgesteld; blijvend; breed; dapper; degelijke; doordringend; duurzaam; duurzame; felle; ferm; fiks; flink; fors; fysiek sterk; grimmig; hard; hardop; hoog; indringend; intens; intensief; keihard; krachtig; luid; massief; met een krachtige uitwerking; met hoge snelheid; moedig; moreel sterk; onderdrukt; opgekropt; pittig; potig; robuust; schel; schel klinkend; scherp; schril; snerpend; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd; straf; struis; uit de kluiten gewassen; verbeten; verbitterd; verkropt; zwaar; zwaargebouwd
fuerza dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig
notable dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig aanmerkelijk; aanzienlijk; beduidend; befaamd; behoorlijk; beslist; besluitvaardig; danig; deftig; duchtig; eerbiedwekkend; enorm; fier; flink; fors; frappant; geacht; gedecideerd; gedistingeerd; hooggeplaatst; hooggezeten; in het oog lopend; in het oog springend; indrukwekkend; kordaat; majestueus; nobel; noemenswaardig; opmerkelijk; opmerkenswaardig; opvallend; parmant; parmantig; plechtig; plechtstatig; prominent; resoluut; royaal; saillant; statig; stoer; toepasselijk; treffend; trots; vastberaden; vermeldenswaard; vermeldenswaardig; vooraanstaand; vooraanstaande; voornaam; vorstelijk
resuelto dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig beslist; besluitvaardig; dapper; doelbewust; doortastend; drastisch; ferm; flink; gedecideerd; geheid; kordaat; krachtdadig; krachtig; moedig; moreel sterk; ongetwijfeld; resoluut; standvastig; sterk; vast en zeker; vastberaden; vastbesloten; zeker
robusto dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig breed; ferm; flink; fors; forse; fysiek sterk; grofgebouwd; intens; intensief; krachtig; massief; met een krachtige uitwerking; potig; robuust; sterk; stevig; stoer; struis; uit de kluiten gewassen; zwaar; zwaargebouwd
sin miedo dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig koelbloedig; koen; kranig; manhaftig; manmoedig; onbeducht; onbevreesd; onversaagd; onverschrokken; onvervaard; stoutmoedig; vermetel; zonder angst; zonder vrees

Palabras relacionadas con "stout":

  • stoutheid, stouter, stoutere, stoutst, stoutste, stoute

Sinónimos de "stout":


Antónimos de "stout":


Definiciones relacionadas de "stout":

  1. wie doet wat niet mag1
    • als je stout bent geweest, krijg je niets van Sinterklaas1

Wiktionary: stout

stout
adjective
  1. ondeugend of ongehoorzaam

Cross Translation:
FromToVia
stout travieso mischievous — naughty
stout travieso; maleducado naughty — bad; tending to misbehave or act badly
stout audaz audacieux — Qui a de l’audace, hardi, osé.

Traducciones automáticas externas: