Inicio ->Diccionarios ->neerlandés/español ->Buscar: retourneren

Resultados de retourneren en neerlandés y español

Resumen
Neerlandés a español:   más información...
  1. retourneren:
  2. Wiktionary:

Neerlandés

Traducciones detalladas de retourneren de neerlandés a español

retourneren:

retourneren verbo (retourneer, retourneert, retourneerde, retourneerden, geretourneerd)

  1. retourneren (teruggeven; terugzenden; terugbrengen)
    devolver; restituir; reenviar
  2. retourneren (terugkeren; terugkomen; omkeren)
    regresar; dar la vuelta
  3. retourneren (terugkeren)
    retroceder; dar marcha atrás

Conjugaciones de retourneren:

o.t.t.
  1. retourneer
  2. retourneert
  3. retourneert
  4. retourneren
  5. retourneren
  6. retourneren
o.v.t.
  1. retourneerde
  2. retourneerde
  3. retourneerde
  4. retourneerden
  5. retourneerden
  6. retourneerden
v.t.t.
  1. ben geretourneerd
  2. bent geretourneerd
  3. is geretourneerd
  4. zijn geretourneerd
  5. zijn geretourneerd
  6. zijn geretourneerd
v.v.t.
  1. was geretourneerd
  2. was geretourneerd
  3. was geretourneerd
  4. waren geretourneerd
  5. waren geretourneerd
  6. waren geretourneerd
o.t.t.t.
  1. zal retourneren
  2. zult retourneren
  3. zal retourneren
  4. zullen retourneren
  5. zullen retourneren
  6. zullen retourneren
o.v.t.t.
  1. zou retourneren
  2. zou retourneren
  3. zou retourneren
  4. zouden retourneren
  5. zouden retourneren
  6. zouden retourneren
en verder
  1. heb geretourneerd
  2. hebt geretourneerd
  3. heeft geretourneerd
  4. hebben geretourneerd
  5. hebben geretourneerd
  6. hebben geretourneerd
diversen
  1. retourneer!
  2. retourneert!
  5. geretourneerd
  6. retournerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for retourneren:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
regresar rentrees; terugkeren
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
dar la vuelta omkeren; retourneren; terugkeren; terugkomen draaien; keren; omdraaien; omkeren; omwenden; rechtsomkeer maken; rechtsomkeert maken; teruggaan; wederkeren; weerkeren; wenden; zich omdraaien
dar marcha atrás retourneren; terugkeren
devolver retourneren; terugbrengen; teruggeven; terugzenden afstaan; belonen; betalen; bezoldigen; braken; capituleren; honoreren; kotsen; opgeven; overgeven; restitueren; salariëren; spugen; spuwen; terecht brengen; terugbezorgen; teruggooien; terugsturen; terugwerpen; uitbraken; uitleveren; vomeren; zich overgeven
reenviar retourneren; terugbrengen; teruggeven; terugzenden doorsturen; doorzenden; terugbezorgen; terugsturen
regresar omkeren; retourneren; terugkeren; terugkomen achteruitgaan; afnemen; afzien van rechtsvervolging; declineren; draaien; keren; minder worden; omkeren; seponeren; teruggaan; terugreizen; terugrijden; wederkeren; weerkeren; wenden; zwenken
restituir retourneren; terugbrengen; teruggeven; terugzenden restitueren; terugbezorgen; teruggooien; terugsturen; terugwerpen
retroceder retourneren; terugkeren achteruitdeinzen; achteruitgaan; aftreden; ontslag nemen; op de achtergrond treden; terugdeinzen; terugschrikken; terugtreden; terugtrekken; terugwijken; uittreden; zich terugtrekken

Wiktionary: retourneren

Cross Translation:
FromToVia
• retourneren → rehusar; devolver; refutar; rechazar; suspender; echar ↔ rejeter — Traductions à trier suivant le sens
• retourneren → aplazar; despedir; destituir; devolver; reflejar ↔ renvoyer — envoyer de nouveau.
• retourneren → rechazar; rehusar; suspender; devolver; desaprobar; reprobar; repeler; repujar ↔ repousser — Pousser en arrière, rejeter ; faire reculer quelqu’un, écarter de soi quelque chose.
• retourneren → volver; tornar; voltear; devolver; mezclar; invertir ↔ retourner — aller de nouveau en un lieu.







Tu diccionario de traducción gratuito, rápido y sencillo

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Página generada en 0.0526 segundos
Página mostrada en 1.0 segundos