Noun | Traducciones relacionadas | Other Translations |
apremio
|
bevelschrift; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak
|
gauwigheid; gehaastheid; haast; haastigheid; ijl; overijling; spoed
|
comando
|
bevelschrift; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak
|
aanwijzing; bevel; commando; dienstorder; instructie; legerorder; lering; les; onderricht; onderrichting; onderwijs; order; voorschrift
|
cometido
|
bevelschrift; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak
|
|
comisión
|
bevelschrift; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak
|
afsluitpremie; afsluitprovisie; comité; instructie; lering; les; onderricht; onderrichting; onderwijs; provisie
|
consigna
|
bevelschrift; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak
|
bagagedepot; devies; kenspreuk; motto; zinspreuk
|
dedicación
|
bevelschrift; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak
|
aanhankelijkheid; affectie; devotie; gehechtheid; genegenheid; ijver; inzet; overgave; toegewijdheid; toewijding; trouw; verknochtheid; zorgzaamheid
|
encargo
|
bevelschrift; consigne; dwangbevel; lastgeving; mandaat; opdracht; order; taak
|
aanschrijving; aanwijzing; aanzegging; dienstorder; instructie; kennisgeving; licentie; mandaat; procuratie; vergunning; volmacht; voorschrift
|
enseñanza
|
bevelschrift; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak
|
aanwijzing; cursus; instructie; les; onderricht; onderrichting; onderwijs; onderwijswezen; opleiding; opvoeding; scholing; schoolopleiding; voorschrift; vorming
|
instrucciones
|
consigne; lastgeving; mandaat; opdracht
|
aanwijzingen; gebruiksaanwijzing; handboek; instructies; leidraad; richtlijn
|
instrucción
|
bevelschrift; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak
|
aanwijzing; bekwaming; briefing; dresseren; dressuur; gerechtelijk onderzoek; handleiding; instructie; kundig maken; legerorder; lering; les; onderricht; onderrichting; onderwijs; opleiding; orde; regel; regeling; reglement; scholing; schoolopleiding; training; uitleg; voorschrift; vorming; wet
|
mando
|
bevelschrift; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak
|
aanvoeren; aanvoering; aanwijzing; bediening; beheer; besturen; besturing; bestuur; bevel; commando; dienstorder; directie; instructie; leiding; order; regeren; voorgaan; voorschrift; voorwerker
|
misión
|
bevelschrift; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak
|
aanwijzing; afgifte; arbeid; bezigheid; bezorging; geleverde; hobby; instructie; job; karwei; leverantie; levering; missie; roeping; voorschrift; zending met speciale opdracht
|
ordenes
|
consigne; lastgeving; mandaat; opdracht
|
dienstorders
|
tarea
|
consigne; lastgeving; mandaat; opdracht
|
aanwijzing; bezigheid; dienstorder; hobby; instructie; legerorder; taak; voorschrift
|
-
|
bevel; order
|
|
Not Specified | Traducciones relacionadas | Other Translations |
comando
|
opdracht
|
|