Resumen
Neerlandés a español:   más información...
  1. knot:
  2. knotten:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de knot de neerlandés a español

knot:

knot [de ~ (m)] sustantivo

  1. de knot (streng garen)
    la madeja; el ramal; el hilos de la madeja
  2. de knot (knotje haar)
    la recolección; la madeja; el puñado; la maraña; el ovillo; el mechón; el turbante; la madejita; el entorchado
  3. de knot (wrong; knoedel; vlecht; )
    el moño
    • moño [el ~] sustantivo

Translation Matrix for knot:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
entorchado knot; knotje haar
hilos de la madeja knot; streng garen
madeja knot; knotje haar; streng garen boogstreng; chaos; heksenketel; keet; puinhoop; regelloosheid; touw; wanorde; wanordelijkheid; wirwar; zootje
madejita knot; knotje haar
maraña knot; knotje haar allegaartje; chaos; heksenketel; jungle; keet; mengelmoes; oerwoud; puinhoop; regelloosheid; rimboe; samenraapsel; wanorde; wanordelijkheid; wirwar; zootje
mechón knot; knotje haar haarlok; krul; krullende haarlok; krulletje; lok; sluiswerk
moño haarknot; kluwen; knoedel; knoedeltje; knoet; knot; knotje; vlecht; wrong borstel; dotje; haarborstel; haarkuif; hanenkam; knoet; knuppel; kuif; vlok
ovillo knot; knotje haar chaos; heksenketel; keet; puinhoop; regelloosheid; wanorde; wanordelijkheid; wirwar; zootje
puñado knot; knotje haar handvol; vuistvol
ramal knot; streng garen aftakken; boogstreng; touw; vertakken; wisselspoor; zijspoor
recolección knot; knotje haar druivenoogst; oogst; opbrengst van gewas; pluk; wijnoogst
turbante knot; knotje haar hoofddoek; tulband

Palabras relacionadas con "knot":


Wiktionary: knot


Cross Translation:
FromToVia
knot rodete bun — A tight roll of hair worn at the back of the head

knotten:

knotten verbo (knot, knotte, knotten, geknot)

  1. knotten

Conjugaciones de knotten:

o.t.t.
  1. knot
  2. knot
  3. knot
  4. knotten
  5. knotten
  6. knotten
o.v.t.
  1. knotte
  2. knotte
  3. knotte
  4. knotten
  5. knotten
  6. knotten
v.t.t.
  1. heb geknot
  2. hebt geknot
  3. heeft geknot
  4. hebben geknot
  5. hebben geknot
  6. hebben geknot
v.v.t.
  1. had geknot
  2. had geknot
  3. had geknot
  4. hadden geknot
  5. hadden geknot
  6. hadden geknot
o.t.t.t.
  1. zal knotten
  2. zult knotten
  3. zal knotten
  4. zullen knotten
  5. zullen knotten
  6. zullen knotten
o.v.t.t.
  1. zou knotten
  2. zou knotten
  3. zou knotten
  4. zouden knotten
  5. zouden knotten
  6. zouden knotten
diversen
  1. knot!
  2. knot!
  3. geknot
  4. knottend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for knotten:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
desmochar knotten

Palabras relacionadas con "knotten":


Wiktionary: knotten


Cross Translation:
FromToVia
knotten truncar curtail — to cut short an animal's tail