Noun | Traducciones relacionadas | Other Translations |
activo
|
|
actieve vorm; activa; activum; bedrijvende vorm
|
fuerte
|
|
citadel; deurslot; kasteel; ridderkasteel; ridderslot; slot; sterke kant; sterke zijde
|
Adjective | Traducciones relacionadas | Other Translations |
activo
|
krachtig; met een krachtige uitwerking
|
actief; arbeidend; arbeidzaam; bedrijvig; beweeglijk; bezet; bezig; druk; drukbezet; dynamisch; energiek; geagiteerd; levendig; nijver; verhit; werkend; werkzaam
|
eficaz
|
krachtig; met een krachtige uitwerking
|
beproefd; daadkrachtig; deugdelijk; doelmatig; doeltreffend; dynamisch; economisch; effectief; efficiënt; energiek; krachtig; probaat; spaarzaam; zuinig; zuinigjes
|
enérgico
|
krachtig; met een krachtige uitwerking
|
actief; beweeglijk; daadkrachtig; dapper; doortastend; drastisch; dynamisch; energiek; ferm; flink; fysiek sterk; geanimeerd; gespierd; heftig; intens; intensief; krachtdadig; krachtig; levendig; levenskrachtig; levensvatbaar; moedig; moreel sterk; onbeheerst; onstuimig; sterk; stevig; vief; vitaal; vol fut
|
Not Specified | Traducciones relacionadas | Other Translations |
efectivo
|
|
contant geld
|
Modifier | Traducciones relacionadas | Other Translations |
diligente
|
krachtig; met een krachtige uitwerking
|
actief; bedreven; bedrijvig; bezig; consciëntieus; flink aanpakkend; gewetensvol; grif; grifweg; grondig; grondig aanpakkend; ijverig; met gemak; met zorg; nijver; noest; onvermoeibaar; scrupuleus; stevig aanpakkend; vlijtig; vlot; zorgvuldig
|
efectivo
|
krachtig; met een krachtige uitwerking
|
daadwerkelijk; doelmatig; doeltreffend; echt; effectief; efficiënt; feitelijk; heus; in feite; in werkelijkheid; krachtig; metterdaad; reëel; waar; waarachtig; warempel; werkelijk
|
fornido
|
krachtig; met een krachtige uitwerking
|
ferm; fiks; flink; fors; forse; gespierd; grofgebouwd; intens; intensief; massief; potig; robuust; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd; struis; zwaar; zwaargebouwd
|
fortachón
|
krachtig; met een krachtige uitwerking
|
intens; intensief
|
fuerte
|
krachtig; met een krachtige uitwerking
|
bitter teleurgesteld; blijvend; breed; dapper; degelijke; doordringend; duurzaam; duurzame; felle; ferm; fiks; flink; fors; fysiek sterk; grimmig; hard; hardop; heldhaftig; heroïsch; hoog; indringend; intens; intensief; keihard; kloek; krachtig; luid; massief; met hoge snelheid; moedig; moreel sterk; onderdrukt; onverschrokken; opgekropt; pittig; potig; robuust; schel; schel klinkend; scherp; schril; snerpend; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd; stout; stoutmoedig; straf; struis; uit de kluiten gewassen; verbeten; verbitterd; verkropt; zwaar; zwaargebouwd
|
laborioso
|
krachtig; met een krachtige uitwerking
|
actief; arbeidend; arbeidzaam; bedrijvig; bewerkelijk; bezig; bezwaarlijk; lastig; met bezwaren; moeizaam; werkend; werkzaam
|
musculoso
|
krachtig; met een krachtige uitwerking
|
ferm; fiks; flink; fors; gespierd; intens; intensief; massief; potig; robuust; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd; struis; zwaar; zwaargebouwd
|
muy fuerte
|
krachtig; met een krachtige uitwerking
|
beslist; besluitvaardig; dapper; erg; fel; ferm; flink; gedecideerd; heftig; hevig; intens; intensief; keihard; knalhard; kordaat; krachtig; moedig; moreel sterk; resoluut; reuzensterk; vastberaden
|
potente
|
krachtig; met een krachtige uitwerking
|
dapper; ferm; fiks; flink; fysiek sterk; intens; intensief; krachtig; mannelijk; moedig; moreel sterk; potent; robuust; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd; viriel
|
robusto
|
krachtig; met een krachtige uitwerking
|
breed; dapper; ferm; flink; fors; forse; fysiek sterk; grofgebouwd; heldhaftig; heroïsch; intens; intensief; kloek; krachtig; massief; moedig; onverschrokken; potig; robuust; sterk; stevig; stoer; stout; stoutmoedig; struis; uit de kluiten gewassen; zwaar; zwaargebouwd
|
vigoroso
|
krachtig; met een krachtige uitwerking
|
bezet; breed; daadkrachtig; dapper; doortastend; drastisch; druk; drukbezet; dynamisch; energiek; ferm; fiks; flink; fors; fysiek sterk; groot; intens; intensief; krachtdadig; krachtig; massief; moedig; moreel sterk; potig; robuust; sterk; stevig; struis; uit de kluiten gewassen; zwaar; zwaargebouwd
|
vital
|
krachtig; met een krachtige uitwerking
|
actief; beweeglijk; cruciaal; daadkrachtig; dynamisch; elementair; energiek; essentieel; intens; intensief; kardinaal; levendig; levenskrachtig; noodzakelijk; onmisbaar; onontbeerlijk; van levensbelang; vereist; vitaal; voornaamst; wezenlijk
|