Neerlandés
Traducciones detalladas de schuwheid de neerlandés a español
schuwheid:
-
de schuwheid (eenkennigheid)
-
de schuwheid (verlegenheid; bedeesdheid; timiditeit; schroom; geslotenheid)
la incomodidad; el embarazo; el retraimiento; el carácter huraño; el recato; el timidez; el empacho; el carácter cerrado
Translation Matrix for schuwheid:
Palabras relacionadas con "schuwheid":
schuwheid forma de schuw:
-
schuw (kopschuw)
tímido; esquivo; apocado; asustadizo; espantadizo-
tímido adj.
-
esquivo adj.
-
apocado adj.
-
asustadizo adj.
-
espantadizo adj.
-
Translation Matrix for schuw:
| Modifier | Traducciones relacionadas | Other Translations |
| apocado | kopschuw; schuw | bedeesd; beschroomd; bleu; kleinburgerlijk; kleinhartig; kneuterig; schroomvallig; schuchter; timide; verlegen |
| asustadizo | kopschuw; schuw | eenkennig; eenzelvig; introvert; mensenschuw; schichtig; schrikachtig; teruggetrokken; vreesachtig |
| espantadizo | kopschuw; schuw | schichtig; schrikachtig; vreesachtig |
| esquivo | kopschuw; schuw | schichtig; schrikachtig; vreesachtig |
| tímido | kopschuw; schuw | bedeesd; beschroomd; bevangen; bleu; eenkennig; eenzelvig; gegeneerd; introvert; mensenschuw; schichtig; schrikachtig; schroomvallig; schuchter; teruggetrokken; timide; verlegen; vreesachtig |