Inicio ->Diccionarios ->neerlandés/español ->Traducir stijfheid

Traducir stijfheid de neerlandés a español

Eliminar anuncios

Resumen

Neerlandés a español: más información...

stijfheid:
- inflexibilidad
stijf:
- desgarbado; austero; de madera; parsimonioso
Wiktionary:
- stijf → rigidez, abrupto, tirante, rígido, escarpado, acantilado, rigido

Neerlandés

Traducciones detalladas de stijfheid de neerlandés a español

stijfheid:

stijfheid [de ~ (v)] sustantivo

de stijfheid (starheid; stugheid; strafheid; stuursheid)
la inflexibilidad
- inflexibilidad [la ~] sustantivo

Translation Matrix for stijfheid:

Noun	Traducciones relacionadas	Other Translations
inflexibilidad	starheid; stijfheid; strafheid; stugheid; stuursheid	bokkigheid; harkerigheid; houterigheid; onbuigzaamheid; onvermurwbaarheid; onverzettelijkheid; onwrikbaarheid; starheid; stijfte

Palabras relacionadas con "stijfheid":

stijfheden, stijf

stijfheid forma de stijf:

stijf adj.

stijf (stram; stroef; houterig; stijve)
desgarbado; austero; de madera
- desgarbado adj.
- austero adj.
- de madera adj.
stijf (afgemeten praten)
parsimonioso
- parsimonioso adj.

Translation Matrix for stijf:

Modifier	Traducciones relacionadas	Other Translations
austero	houterig; stijf; stijve; stram; stroef	eenvoudig; ingetogen; matig; onbuigzaam; onverzettelijk; scherp; sober; star; stemmig; stemmingsvol; stijfkoppig; strak; stug; taai; verstard; vlijmend; vlijmscherp
de madera	houterig; stijf; stijve; stram; stroef	houten; krukkig; onbeholpen; onhandig; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig
desgarbado	houterig; stijf; stijve; stram; stroef	gebrekkig; knullig; krukkig; log; lomp; onbeholpen; onbeschoft; onhandig; onsierlijk van gedaante; plomp; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig
parsimonioso	afgemeten praten; stijf	economisch; scherp; spaarzaam; star; strak; verstard; vlijmend; vlijmscherp; zuinig; zuinigjes

Palabras relacionadas con "stijf":

stijfheid

Antónimos de "stijf":

flexibel; soepel; vlot

Definiciones relacionadas de "stijf":

moeilijk te buigen, niet meegaand¹
- ik heb vaak een stijve nek¹
onhandig en houterig¹
- ze gedroeg zich nogal stijf in dat gezelschap¹

Wiktionary: stijf

Cross Translation:

From	To	Via
• stijf	→ rigidez	↔ stiff — of an object, rigid, hard to bend, inflexible
• stijf	→ abrupto; tirante; rígido; escarpado; acantilado	↔ raide — Traductions à trier suivant le sens
• stijf	→ rigido	↔ rigide — Qui ne fléchir pas.

Traducciones automáticas externas:

¹Muiswerk Woordenboek

Eliminar anuncios

Eliminar anuncios