Resumen
Neerlandés a español:   más información...
  1. verkrappen:


Neerlandés

Traducciones detalladas de verkrappen de neerlandés a español

verkrappen:

verkrappen [znw.] sustantivo

  1. verkrappen
    el estrechamiento

verkrappen verbo (verkrap, verkrapt, verkrapte, verkrapten, verkrapt)

  1. verkrappen

Conjugaciones de verkrappen:

o.t.t.
  1. verkrap
  2. verkrapt
  3. verkrapt
  4. verkrappen
  5. verkrappen
  6. verkrappen
o.v.t.
  1. verkrapte
  2. verkrapte
  3. verkrapte
  4. verkrapten
  5. verkrapten
  6. verkrapten
v.t.t.
  1. heb verkrapt
  2. hebt verkrapt
  3. heeft verkrapt
  4. hebben verkrapt
  5. hebben verkrapt
  6. hebben verkrapt
v.v.t.
  1. had verkrapt
  2. had verkrapt
  3. had verkrapt
  4. hadden verkrapt
  5. hadden verkrapt
  6. hadden verkrapt
o.t.t.t.
  1. zal verkrappen
  2. zult verkrappen
  3. zal verkrappen
  4. zullen verkrappen
  5. zullen verkrappen
  6. zullen verkrappen
o.v.t.t.
  1. zou verkrappen
  2. zou verkrappen
  3. zou verkrappen
  4. zouden verkrappen
  5. zouden verkrappen
  6. zouden verkrappen
diversen
  1. verkrap!
  2. verkrapt!
  3. verkrapt
  4. verkrappend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for verkrappen:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
estrechamiento verkrappen engte; nauwte; vernauwing
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
encogerse verkrappen indrogen; ineenduiken; ineenkrimpen; ineenschrompelen; inkrimpen; krimpen; samentrekken; schrompelen; slinken; verschrompelen