Interglot - bras: resultados en neerlandés y francés encontrados en el Diccionario de traducción Interglot

Resumen

Neerlandés a francés: más información...

brassen:
- bâfrer; bouffer; s'empiffrer; se gaver; se goberger; faire bombance; se câler les joues
Wiktionary:
- bras → bras
- brassen → brasser, godailler

Francés a neerlandés: más información...

bras:
- arm; armleuning; kruk; slinger; zwengel; trapleuning; trapleuningen; vangarm
Wiktionary:
- bras → arm, bras
- bras → arm

Neerlandés

Traducciones detalladas de bras de neerlandés a francés

brassen:

brassen verbo (bras, brast, braste, brasten, gebrast)

brassen (schransen; vreten; zwelgen; slempen)
bâfrer; bouffer; s'empiffrer; se gaver; se goberger; faire bombance; se câler les joues
- bâfrer verbo (bâfre, bâfres, bâfrons, bâfrez, bâfrent, bâfrais, bâfrait, bâfrions, bâfriez, bâfraient, bâfrai, bâfras, bâfra, bâfrâmes, bâfrâtes, bâfrèrent, bâfrerai, bâfreras, bâfrera, bâfrerons, bâfrerez, bâfreront)
- bouffer verbo (bouffe, bouffes, bouffons, bouffez, bouffent, bouffais, bouffait, bouffions, bouffiez, bouffaient, bouffai, bouffas, bouffa, bouffâmes, bouffâtes, bouffèrent, boufferai, boufferas, bouffera, boufferons, boufferez, boufferont)
- s'empiffrer verbo
- se gaver verbo
- se goberger verbo
- faire bombance verbo
- se câler les joues verbo

Conjugaciones de brassen:

o.t.t.

bras
brast
brast
brassen
brassen
brassen

o.v.t.

braste
braste
braste
brasten
brasten
brasten

v.t.t.

heb gebrast
hebt gebrast
heeft gebrast
hebben gebrast
hebben gebrast
hebben gebrast

v.v.t.

had gebrast
had gebrast
had gebrast
hadden gebrast
hadden gebrast
hadden gebrast

o.t.t.t.

zal brassen
zult brassen
zal brassen
zullen brassen
zullen brassen
zullen brassen

o.v.t.t.

zou brassen
zou brassen
zou brassen
zouden brassen
zouden brassen
zouden brassen

diversen

bras!
brast!
gebrast
brassend

1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for brassen:

Noun	Traducciones relacionadas	Other Translations
bouffer		oppeuzelen; opvreten
Verb	Traducciones relacionadas	Other Translations
bouffer	brassen; schransen; slempen; vreten; zwelgen	bikken; bollen; bunkeren; consumeren; eten; gebruiken; kluiven; knauwen; laten exploderen; laven; lekker eten; lenigen; lessen; naar binnen werken; nuttigen; onfatsoenlijk eten; opblazen; opbollen; opeten; oppeuzelen; opvreten; savoureren; schaften; schransen; schrokken; smikkelen; smullen; tegoed doen; tot zich nemen; verorberen; verslinden; verzwelgen; vreten; zitten proppen
bâfrer	brassen; schransen; slempen; vreten; zwelgen	bikken; bunkeren; consumeren; eten; naar binnen werken; nuttigen; opeten; oppeuzelen; opvreten; schransen; schrokken; tegoed doen; tot zich nemen; verorberen; verslinden; verzwelgen; vreten; zitten proppen
faire bombance	brassen; schransen; slempen; vreten; zwelgen
s'empiffrer	brassen; schransen; slempen; vreten; zwelgen	binnenkrijgen; opslokken; voleten; volproppen; volschransen; volstoppen; volvreten; zwelgen
se câler les joues	brassen; schransen; slempen; vreten; zwelgen	onbeschoft eten; vreten
se gaver	brassen; schransen; slempen; vreten; zwelgen	binnenkrijgen; opslokken; zwelgen
se goberger	brassen; schransen; slempen; vreten; zwelgen	binnenkrijgen; opslokken; zwelgen

Wiktionary: brassen

brassen

verb

fabriquer de la bière en remuant le malt.
- brasser → brouwen; door elkaar mengen; veel zaken tegelijk doen; dooreen schudden; kaarten schudden; brassen; samenzweren; bekonkelen; aansluiten; connecteren
populaire|fr (vieilli) faire bombance ; boire et manger à l’excès.
- godailler → schransen; brassen; zwelgen

Wiktionary: bras

bras

noun

scheepvaart|nld een lijn verbonden aan het uiteinde van een ra met als doel de ra ten opzichte van de wind te kunnen draaien
- bras → bras

Francés

Traducciones detalladas de bras de francés a neerlandés

bras:

bras [le ~] sustantivo

le bras (accoudoir)
de arm; de armleuning
- arm [de ~ (m)] sustantivo
- armleuning [de ~ (v)] sustantivo
le bras (levier; manivelle)
de kruk; de slinger; de zwengel
- kruk [de ~] sustantivo
- slinger [de ~ (m)] sustantivo
- zwengel [de ~ (m)] sustantivo
le bras (rampe d'escalier; balustrade; accoudoir; main courante; barre d'appui)
de trapleuning; de trapleuningen
- trapleuning [de ~ (v)] sustantivo
- trapleuningen [de ~] sustantivo, plural
le bras (tentacule)
de vangarm
- vangarm [de ~ (m)] sustantivo

Translation Matrix for bras:

Noun	Traducciones relacionadas	Other Translations
arm	accoudoir; bras
armleuning	accoudoir; bras
kruk	bras; levier; manivelle	andouille; bousilleur; brimborion; chiffon; colificheur; drôle de type; empoté; escabeau; gaffeur; loque; loquet; loqueteau; maladroit; manchot; manette; pauvre diable; pauvre type; poignée; tabouret
slinger	bras; levier; manivelle	guirlande
trapleuning	accoudoir; balustrade; barre d'appui; bras; main courante; rampe d'escalier
trapleuningen	accoudoir; balustrade; barre d'appui; bras; main courante; rampe d'escalier
vangarm	bras; tentacule
zwengel	bras; levier; manivelle
Adjective	Traducciones relacionadas	Other Translations
arm		de second ordre; faible; indigent; inférieur; mauvais; miséreux; médiocre; méprisable; nécessiteux; pauvre; subalterne

Sinónimos de "bras":

accoudoir; appuie-bras; accotoir; balustrade; balcon; biceps; muscle; bielle; arbre; axe; balancier; embiellage; manivelle; tige; transmission; aide; défenseur; instrument; manoeuvre; adjoint; détroit; canal; chenal; pas; passe; passage; membre; jambe; aile; patte

Wiktionary: bras

bras

noun

Membre
- bras → arm

bras

noun

lichaamsdeel
- arm → bras
scheepvaart|nld een lijn verbonden aan het uiteinde van een ra met als doel de ra ten opzichte van de wind te kunnen draaien
- bras → bras

Cross Translation:

From	To	Via
• bras	→ arm	↔ arm — portion of the upper appendage from shoulder to wrist

Resultados de bras en neerlandés y francés

Traducciones detalladas de bras de neerlandés a francés

brassen:

brassen verbo (bras, brast, braste, brasten, gebrast)

brassen (schransen; vreten; zwelgen; slempen)

Conjugaciones de brassen:

o.t.t.

o.v.t.

v.t.t.

v.v.t.

o.t.t.t.

o.v.t.t.

diversen

Translation Matrix for brassen:

Wiktionary: brassen

Wiktionary: bras

Traducciones detalladas de bras de francés a neerlandés

bras:

bras [le ~] sustantivo

le bras (accoudoir)

le bras (levier; manivelle)

le bras (rampe d'escalier; balustrade; accoudoir; main courante; barre d'appui)

le bras (tentacule)

Translation Matrix for bras:

Sinónimos de "bras":

Wiktionary: bras

Traducciones relacionadas de bras