Noun | Traducciones relacionadas | Other Translations |
diffamation
|
aanfluiting; bespotting; gespot; hoon; ironie; sarcasme; smaad; spot; spotternij
|
achterklap; belasteren; belastering; bespotting; eerroof; geroddel; gespot; hoon; ironie; kwaadspreken; kwaadsprekerij; laster; lastering; lasterpraatje; lastertaal; oneer; ontering; roddel; roddelpraat; sarcasme; schande; smaad; spot; spotternij; verlaging; zwartmaken
|
dérision
|
aanfluiting; bespotting; gespot; hoon; ironie; sarcasme; smaad; spot; spotternij
|
bespotten; bespotting; draak steken met; gespot; hoon; ironie; sarcasme; spot; spotternij
|
insulte
|
aanfluiting; bespotting; gespot; hoon; ironie; sarcasme; smaad; spot; spotternij
|
belediging; beschimping; bespotting; gespot; hoon; ironie; laster; oneer; sarcasme; schamp; schande; scheldwoord; smaad; spot; spotternij
|
moquerie
|
aanfluiting; bespotting; gespot; hoon; ironie; sarcasme; smaad; spot; spotternij
|
bespotten; bespotting; draak steken met; gespot; hoon; hoongelach; ironie; sarcasme; spot; spotternij
|
raillerie
|
aanfluiting; bespotting; gespot; hoon; ironie; sarcasme; smaad; spot; spotternij
|
aardigheid; aardigheidje; bespotten; bespotting; draak steken met; galgenhumor; gein; geintje; gekheid; gespot; grapje; hoon; hoongelach; ironie; jolijt; keet; leut; lol; lolletje; malheid; plezier; presentje; pret; pretje; sarcasme; schamperheid; scherts; spot; spotternij
|
risée
|
aanfluiting; bespotting; gespot; hoon; ironie; sarcasme; smaad; spot; spotternij
|
bespotting; gespot; hoon; ironie; risee; sarcasme; spot; spotternij
|
sarcasme
|
aanfluiting; bespotting; gespot; hoon; ironie; sarcasme; smaad; spot; spotternij
|
bespotting; gespot; hatelijke opmerking; hatelijkheid; hoon; ironie; sarcasme; schamperheid; spot; spotternij; stekeligheid
|