Resumen


Neerlandés

Traducciones detalladas de beroven van de neerlandés a francés

beroven van:

beroven van verbo (beroof van, berooft van, beroofde van, beroofden van, beroofd van)

  1. beroven van (ontnemen; depriveren; te kort doen)
    priver de; retirer; enlever; voler; ne pas suffire à; priver; dérober; prendre; subtiliser
    • priver de verbo
    • retirer verbo (retire, retires, retirons, retirez, )
    • enlever verbo (enlève, enlèves, enlevons, enlevez, )
    • voler verbo (vole, voles, volons, volez, )
    • priver verbo (prive, prives, privons, privez, )
    • dérober verbo (dérobe, dérobes, dérobons, dérobez, )
    • prendre verbo (prends, prend, prenons, prenez, )
    • subtiliser verbo (subtilise, subtilises, subtilisons, subtilisez, )

Conjugaciones de beroven van:

o.t.t.
  1. beroof van
  2. berooft van
  3. berooft van
  4. beroven van
  5. beroven van
  6. beroven van
o.v.t.
  1. beroofde van
  2. beroofde van
  3. beroofde van
  4. beroofden van
  5. beroofden van
  6. beroofden van
v.t.t.
  1. heb beroofd van
  2. hebt beroofd van
  3. heeft beroofd van
  4. hebben beroofd van
  5. hebben beroofd van
  6. hebben beroofd van
v.v.t.
  1. had beroofd van
  2. had beroofd van
  3. had beroofd van
  4. hadden beroofd van
  5. hadden beroofd van
  6. hadden beroofd van
o.t.t.t.
  1. zal beroven van
  2. zult beroven van
  3. zal beroven van
  4. zullen beroven van
  5. zullen beroven van
  6. zullen beroven van
o.v.t.t.
  1. zou beroven van
  2. zou beroven van
  3. zou beroven van
  4. zouden beroven van
  5. zouden beroven van
  6. zouden beroven van
diversen
  1. beroof van!
  2. berooft van!
  3. beroofd van
  4. berovend van
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for beroven van:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
dérober beroven van; depriveren; ontnemen; te kort doen achterhouden; achteroverdrukken; afnemen; benemen; beroven; gappen; inpikken; jatten; kapen; leegstelen; ontfutselen; ontnemen; ontraadselen; ontrafelen; ontstelen; ontvreemden; ontwarren; pikken; plunderen; roven; snaaien; stelen; toeëigenen; uitkleden; uitpluizen; uitrafelen; uitvezelen; uitzoeken; van kleding ontdoen; verdonkeremanen; verdonkeren; verduisteren; vervreemden; wegfutselen; weggraaien; wegkapen; wegnemen; wegpakken; wegpikken
enlever beroven van; depriveren; ontnemen; te kort doen aanwrijven; achteroverdrukken; afhalen; afnemen; afplukken; afrukken; afscheuren; benemen; beroven; beschuldigen; bestelen; blameren; erafhalen; eruit nemen; gappen; iemand iets aanrekenen; iemand iets verwijten; inpikken; jatten; kapen; kidnappen; kwalijk nemen; laken; ledigen; leeghalen; leegmaken; leegstelen; legen; loshalen; lospeuteren; losplukken; meenemen; naar buiten halen; nadragen; ontfutselen; ontkleden; ontnemen; ontvoeren; ontvreemden; ophalen; pikken; plukken; plunderen; roven; ruimen; schaken; snaaien; stelen; toeëigenen; uitdoen; uitgommen; uithalen; uitkleden; uitnemen; uittrekken; uitvegen; uitvlakken; uitwissen; verdonkeremanen; verdonkeren; verduisteren; vervreemden; vlakken; voor de voeten gooien; weghalen; wegkapen; wegnemen; wegpakken; wegpikken; wegsnijden; wegsteken; wegstoppen; wegvegen; wissen
ne pas suffire à beroven van; depriveren; ontnemen; te kort doen
prendre beroven van; depriveren; ontnemen; te kort doen aangaan; aanhouden; aanklampen; aannemen; aanpakken; aanvaarden; aanvangen; aanwerven; aanwrijven; absorberen; accepteren; achteroverdrukken; afhalen; afhalen en meenemen; afnemen; arresteren; beetgrijpen; beetnemen; beetpakken; beginnen; benemen; beschuldigen; bevangen; bezetten; bezigen; binden; blameren; boeien; buitmaken; cadeau aannemen; eigen maken; fascineren; gappen; gebruik maken van; gebruiken; gevangennemen; graaien; grijpen; grissen; hanteren; iemand iets aanrekenen; iemand iets verwijten; iets bemachtigen; iets halen; in ontvangst nemen; ingrijpen; inpikken; inrekenen; intrigeren; jatten; kapen; ketenen; kiezen; klauwen; kluisteren; kopen; kwalijk nemen; laken; leegstelen; meenemen; nadragen; nemen; ondernemen; ontfutselen; ontnemen; ontoegankelijk maken; ontvangen; ontvreemden; ophalen; opnemen; oppakken; oppikken; oprapen; opslorpen; opslurpen; opsnappen; pakken; pikken; plunderen; rekruteren; roven; schiften; selecteren; selectie toepassen; snaaien; starten; stelen; te pakken krijgen; toegrijpen; toetasten; toeëigenen; uitkiezen; uitpikken; uitzoeken; van start gaan; vangen; vastgrijpen; vastklampen; vastnemen; vastpakken; vatten; verdonkeremanen; verdonkeren; verduisteren; verkrijgen; veroveren; verstrikken; vervreemden; verwerven; voor de voeten gooien; weghalen; wegkapen; wegnemen; wegpakken; wegpikken; werven; zich bedienen; ziften
priver beroven van; depriveren; ontnemen; te kort doen
priver de beroven van; depriveren; ontnemen; te kort doen abstineren; beroven; ontdoen; uitbuiten; vasten
retirer beroven van; depriveren; ontnemen; te kort doen aanwrijven; achteroverdrukken; afbestellen; afgelasten; afnemen; afzeggen; annuleren; bedaren; bedwingen; beheersen; benemen; beschuldigen; beteugelen; blameren; gappen; herroepen; iemand iets aanrekenen; iemand iets verwijten; in bedwang houden; inpikken; intomen; intrekken; jatten; kapen; kwalijk nemen; laken; ledigen; leeghalen; leegmaken; leegstelen; loshalen; matigen; nadragen; nietig verklaren; ontfutselen; ontnemen; ontvreemden; pikken; plunderen; roven; snaaien; stelen; terugkomen op; terugroepen; toeëigenen; uithalen; verdonkeremanen; verdonkeren; verduisteren; vervreemden; voor de voeten gooien; wegkapen; wegnemen; wegpakken; wegpikken; zijn woorden terugnemen
subtiliser beroven van; depriveren; ontnemen; te kort doen achterhouden; achteroverdrukken; afbedelen; afnemen; afpakken; aftroggelen; benemen; bietsen; gappen; grissen; inpikken; jatten; kapen; leegstelen; ontfutselen; ontnemen; ontvreemden; pikken; plunderen; roven; smokkelen; snaaien; stelen; toeëigenen; verdonkeremanen; verdonkeren; verduisteren; vervreemden; wegfutselen; wegkapen; wegnemen; wegpakken; wegpikken
voler beroven van; depriveren; ontnemen; te kort doen achterhouden; achteroverdrukken; afnemen; benemen; beroven; bestelen; fladderen; gappen; hangen; inpikken; jatten; kapen; ladelichten; leegplunderen; leegstelen; navigeren; ontfutselen; ontnemen; ontstelen; ontvreemden; per vliegtuig reizen; pikken; plunderen; roven; snaaien; stelen; stuiven; toeëigenen; uitplunderen; verdonkeremanen; verdonkeren; verduisteren; vervreemden; vliegen; vliegtuig besturen; wapperen; wegfutselen; weggraaien; wegkapen; wegnemen; wegpakken; wegpikken; zweven

Traducciones relacionadas de beroven van