Resumen
Neerlandés a francés:   más información...
  1. certificeren:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de certificeren de neerlandés a francés

certificeren:

certificeren verbo (certificeer, certificeert, certificeerde, certificeerden, gecertificeerd)

  1. certificeren (bekrachtigen; waarmerken; bestempelen; merken)
    authentifier; confirmer; valider; entériner; authentiquer; ratifier
    • authentifier verbo (authentifie, authentifies, authentifions, authentifiez, )
    • confirmer verbo (confirme, confirmes, confirmons, confirmez, )
    • valider verbo (valide, valides, validons, validez, )
    • entériner verbo (entérine, entérines, entérinons, entérinez, )
    • authentiquer verbo
    • ratifier verbo (ratifie, ratifies, ratifions, ratifiez, )

Conjugaciones de certificeren:

o.t.t.
  1. certificeer
  2. certificeert
  3. certificeert
  4. certificeren
  5. certificeren
  6. certificeren
o.v.t.
  1. certificeerde
  2. certificeerde
  3. certificeerde
  4. certificeerden
  5. certificeerden
  6. certificeerden
v.t.t.
  1. heb gecertificeerd
  2. hebt gecertificeerd
  3. heeft gecertificeerd
  4. hebben gecertificeerd
  5. hebben gecertificeerd
  6. hebben gecertificeerd
v.v.t.
  1. had gecertificeerd
  2. had gecertificeerd
  3. had gecertificeerd
  4. hadden gecertificeerd
  5. hadden gecertificeerd
  6. hadden gecertificeerd
o.t.t.t.
  1. zal certificeren
  2. zult certificeren
  3. zal certificeren
  4. zullen certificeren
  5. zullen certificeren
  6. zullen certificeren
o.v.t.t.
  1. zou certificeren
  2. zou certificeren
  3. zou certificeren
  4. zouden certificeren
  5. zouden certificeren
  6. zouden certificeren
en verder
  1. is gecertificeerd
  2. zijn gecertificeerd
diversen
  1. certificeer!
  2. certificeert!
  3. gecertificeerd
  4. certificerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for certificeren:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
authentifier bekrachtigen; bestempelen; certificeren; merken; waarmerken
authentiquer bekrachtigen; bestempelen; certificeren; merken; waarmerken
confirmer bekrachtigen; bestempelen; certificeren; merken; waarmerken aantonen; als gangbaar erkennen; beamen; bekrachtigen; bevestigen; bewijzen; bezegelen; goedkeuren; homologeren; onderschrijven; staven; waarmerken
entériner bekrachtigen; bestempelen; certificeren; merken; waarmerken bekrachtigen; bevestigen; bezegelen; goedkeuren; homologeren
ratifier bekrachtigen; bestempelen; certificeren; merken; waarmerken autoriseren; bekrachtigen; bevestigen; bezegelen; billijken; fiatteren; garanderen; goedkeuren; goedvinden; homologeren; instaan voor; permitteren; ratificeren; toestaan; toestemmen in; vast beloven; verzekeren; waarborgen
valider bekrachtigen; bestempelen; certificeren; merken; waarmerken bekrachtigen; bevestigen; bezegelen; goedkeuren; homologeren; valideren
Not SpecifiedTraducciones relacionadasOther Translations
confirmer bevestigen

Wiktionary: certificeren

certificeren
verb
  1. het officieel verklaren dat iets geldig is of voldoet aan een norm (zwart op wit geven)
certificeren