Noun | Traducciones relacionadas | Other Translations |
commencement
|
aanvangstijd; begintijd; starttijd; vertrektijd
|
aanhef; aanheffen; aanloopstadium; aanlooptijd; aanvang; aanvangen; bakermat; begin; beginnen; begintijd; hoofd; inzet; inzetten; oorsprong; opening; start; titel
|
début
|
aanvangstijd; begintijd; starttijd; vertrektijd
|
aanhef; aanheffen; aanvang; aanvangen; begin; beginne; beginnen; debuut; eerste optreden; hoofd; inzet; inzetten; opening; start; titel
|
départ
|
aanvangstijd; begintijd; starttijd; vertrektijd
|
aanvang; afreis; afrit; afvaart; afvaren; afvliegen; begin; heengaan; inzet; opening; start; uitvaren; vertrek; vertrekken; weggaan; wegvliegen
|
heure de commencement
|
aanvangstijd; begintijd; starttijd; vertrektijd
|
|
heure de départ
|
aanvangstijd; begintijd; starttijd; vertrektijd
|
vertrektijd
|
lever du rideau
|
aanvangstijd; begintijd; starttijd; vertrektijd
|
|
origine
|
aanvangstijd; begintijd; starttijd; vertrektijd
|
aanvang; afkomst; afstammen; afstamming; bakermat; begin; herkomst; inzet; komaf; oorsprong; opening; origine; spruiten; start
|