Neerlandés
Traducciones detalladas de tuil de neerlandés a francés
tuil:
-
de tuil (ruiker; boeket; bloemstuk; bloemetje)
le bouquet de fleurs; la gerbe; le petit bouquet composé; la composition florale; le bouquet composé; l'arrangement de fleurs; le bouquet; le corymbe
Translation Matrix for tuil:
Noun | Traducciones relacionadas | Other Translations |
arrangement de fleurs | bloemetje; bloemstuk; boeket; ruiker; tuil | boeket; bos bloemen |
bouquet | bloemetje; bloemstuk; boeket; ruiker; tuil | aroma; boeket; bos bloemen; bouquet; geur; geurtje; lucht; pol; reuk; tuiltje |
bouquet composé | bloemetje; bloemstuk; boeket; ruiker; tuil | bloemetje; bos bloemen |
bouquet de fleurs | bloemetje; bloemstuk; boeket; ruiker; tuil | bloemetje; boeket; bos bloemen; tuiltje |
composition florale | bloemetje; bloemstuk; boeket; ruiker; tuil | bloemschikken |
corymbe | bloemetje; bloemstuk; boeket; ruiker; tuil | tuiltje |
gerbe | bloemetje; bloemstuk; boeket; ruiker; tuil | bosje; bundel; korenschoof; schoof |
petit bouquet composé | bloemetje; bloemstuk; boeket; ruiker; tuil | tuiltje |