Neerlandés
Traducciones detalladas de vooruithelpen de neerlandés a francés
vooruithelpen:
-
vooruithelpen (verderhelpen)
aider; pousser; pistonner-
aider verbo (aide, aides, aidons, aidez, aident, aidais, aidait, aidions, aidiez, aidaient, aidai, aidas, aida, aidâmes, aidâtes, aidèrent, aiderai, aideras, aidera, aiderons, aiderez, aideront)
-
pousser verbo (pousse, pousses, poussons, poussez, poussent, poussais, poussait, poussions, poussiez, poussaient, poussai, poussas, poussa, poussâmes, poussâtes, poussèrent, pousserai, pousseras, poussera, pousserons, pousserez, pousseront)
-
pistonner verbo (pistonne, pistonnes, pistonnons, pistonnez, pistonnent, pistonnais, pistonnait, pistonnions, pistonniez, pistonnaient, pistonnai, pistonnas, pistonna, pistonnâmes, pistonnâtes, pistonnèrent, pistonnerai, pistonneras, pistonnera, pistonnerons, pistonnerez, pistonneront)
-
Conjugaciones de vooruithelpen:
o.t.t.
- help vooruit
- helpt vooruit
- helpt vooruit
- helpen vooruit
- helpen vooruit
- helpen vooruit
o.v.t.
- hielp vooruit
- hielp vooruit
- hielp vooruit
- hielpen vooruit
- hielpen vooruit
- hielpen vooruit
v.t.t.
- heb vooruitgeholpen
- hebt vooruitgeholpen
- heeft vooruitgeholpen
- hebben vooruitgeholpen
- hebben vooruitgeholpen
- hebben vooruitgeholpen
v.v.t.
- had vooruitgeholpen
- had vooruitgeholpen
- had vooruitgeholpen
- hadden vooruitgeholpen
- hadden vooruitgeholpen
- hadden vooruitgeholpen
o.t.t.t.
- zal vooruithelpen
- zult vooruithelpen
- zal vooruithelpen
- zullen vooruithelpen
- zullen vooruithelpen
- zullen vooruithelpen
o.v.t.t.
- zou vooruithelpen
- zou vooruithelpen
- zou vooruithelpen
- zouden vooruithelpen
- zouden vooruithelpen
- zouden vooruithelpen
diversen
- help vooruit!
- helpt vooruit!
- vooruitgeholpen
- vooruithelpend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze