Resumen
Sinónimos en neerlandés:   más información...
  1. alibi:


Neerlandés

Sinónimos detallados de alibi en neerlandés

alibi:

alibi [het ~] sustantivo

  1. het alibi
    het alibi
    • alibi [het ~] sustantivo
  2. het alibi
    – bewijs dat je tijdens de misdaad ergens anders was 1
    het alibi
    – bewijs dat je tijdens de misdaad ergens anders was 1
    • alibi [het ~] sustantivo
      • Piet kan het niet gedaan hebben, want hij heeft een alibi1

Definiciones relacionadas de "alibi":

  1. bewijs dat je tijdens de misdaad ergens anders was1
    • Piet kan het niet gedaan hebben, want hij heeft een alibi1