Inicio ->Diccionarios ->neerlandés/neerlandés ->Traducir beschijnen

Sinónimos de "beschijnen" en neerlandés

Resumen
Sinónimos en neerlandés:   más información...
  1. beschijnen:

Neerlandés

Sinónimos detallados de beschijnen en neerlandés

beschijnen:

beschijnen verbo (beschijn, beschijnt, bescheen, beschenen, beschenen)

  1. beschijnen
    verlichten; beschijnen
    • verlichten verbo (verlicht, verlichtte, verlichtten, verlicht)
    • beschijnen verbo (beschijn, beschijnt, bescheen, beschenen, beschenen)

Conjugaciones de beschijnen:

o.t.t.
  1. beschijn
  2. beschijnt
  3. beschijnt
  4. beschijnen
  5. beschijnen
  6. beschijnen
o.v.t.
  1. bescheen
  2. bescheen
  3. bescheen
  4. beschenen
  5. beschenen
  6. beschenen
v.t.t.
  1. heb beschenen
  2. hebt beschenen
  3. heeft beschenen
  4. hebben beschenen
  5. hebben beschenen
  6. hebben beschenen
v.v.t.
  1. had beschenen
  2. had beschenen
  3. had beschenen
  4. hadden beschenen
  5. hadden beschenen
  6. hadden beschenen
o.t.t.t.
  1. zal beschijnen
  2. zult beschijnen
  3. zal beschijnen
  4. zullen beschijnen
  5. zullen beschijnen
  6. zullen beschijnen
o.v.t.t.
  1. zou beschijnen
  2. zou beschijnen
  3. zou beschijnen
  4. zouden beschijnen
  5. zouden beschijnen
  6. zouden beschijnen
diversen
  1. beschijn!
  2. beschijnt!
  5. beschenen
  6. beschijnend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Sinónimos relacionados de beschijnen







Tu diccionario de traducción gratuito, rápido y sencillo

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Página generada en 0.0130 segundos
Página mostrada en 1.0 segundos