Neerlandés
Sinónimos detallados de indijken en neerlandés
indijken:
-
indijken
-
indijken
Conjugaciones de indijken:
o.t.t.
- dijk in
- dijkt in
- dijkt in
- dijken in
- dijken in
- dijken in
o.v.t.
- dijkte in
- dijkte in
- dijkte in
- dijkten in
- dijkten in
- dijkten in
v.t.t.
- heb ingedijkt
- hebt ingedijkt
- heeft ingedijkt
- hebben ingedijkt
- hebben ingedijkt
- hebben ingedijkt
v.v.t.
- had ingedijkt
- had ingedijkt
- had ingedijkt
- hadden ingedijkt
- hadden ingedijkt
- hadden ingedijkt
o.t.t.t.
- zal indijken
- zult indijken
- zal indijken
- zullen indijken
- zullen indijken
- zullen indijken
o.v.t.t.
- zou indijken
- zou indijken
- zou indijken
- zouden indijken
- zouden indijken
- zouden indijken
en verder
- is ingedijkt
diversen
- dijk in!
- dijkt in!
- ingedijkt
- indijkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze