Neerlandés
Sinónimos detallados de overleggen en neerlandés
overleggen:
-
overleggen
– het praten erover 1
Conjugaciones de overleggen:
o.t.t.
- overleg
- overlegt
- overlegt
- overleggen
- overleggen
- overleggen
o.v.t.
- overlegde
- overlegde
- overlegde
- overlegden
- overlegden
- overlegden
v.t.t.
- heb overlegd
- hebt overlegd
- heeft overlegd
- hebben overlegd
- hebben overlegd
- hebben overlegd
v.v.t.
- had overlegd
- had overlegd
- had overlegd
- hadden overlegd
- hadden overlegd
- hadden overlegd
o.t.t.t.
- zal overleggen
- zult overleggen
- zal overleggen
- zullen overleggen
- zullen overleggen
- zullen overleggen
o.v.t.t.
- zou overleggen
- zou overleggen
- zou overleggen
- zouden overleggen
- zouden overleggen
- zouden overleggen
en verder
- is overlegd
- zijn overlegd
diversen
- overleg!
- overlegt!
- overlegd
- overleggend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Palabras relacionadas con "overleggen":
overleg:
-
het overleg
– het praten erover 1 -
het overleg
– het praten erover 1 -
het overleg
– met gebruik van je verstand 1