Resumen
Sinónimos en neerlandés:   más información...
  1. quiz:


Neerlandés

Sinónimos detallados de quiz en neerlandés

quiz:

quiz [de ~ (m)] sustantivo

  1. de quiz
    de quiz; kwis
    • quiz [de ~ (m)] sustantivo
    • kwis [znw.] sustantivo
  2. de quiz
    – spel waarbij je vragen moet beantwoorden 1
    de quiz
    – spel waarbij je vragen moet beantwoorden 1
    • quiz [de ~ (m)] sustantivo
      • bij deze quiz kun je 10 000 gulden winnen1

Definiciones relacionadas de "quiz":

  1. spel waarbij je vragen moet beantwoorden1
    • bij deze quiz kun je 10 000 gulden winnen1