Resumen
Sinónimos en neerlandés:   más información...
  1. schoven:
  2. schuiven:
  3. schoof:


Neerlandés

Sinónimos detallados de schoven en neerlandés

schoven:

schoven [de ~] sustantivo, plural

  1. de schoven
    de schoven; de bosjes; de bundels
    • schoven [de ~] sustantivo, plural
    • bosjes [de ~] sustantivo, plural
    • bundels [de ~] sustantivo, plural

Palabras relacionadas con "schoven":


schoven forma de schuiven:

schuiven verbo (schuif, schuift, schoof, schoven, geschoven)

  1. schuiven
    schuiven; voortschuiven
    • schuiven verbo (schuif, schuift, schoof, schoven, geschoven)
    • voortschuiven verbo (schuif voort, schuift voort, schoof voort, schoven voort, voortgeschoven)
  2. schuiven
    schuiven
    • schuiven verbo (schuif, schuift, schoof, schoven, geschoven)
  3. schuiven
    – dicht langs een oppervlak bewegen 1
    schuiven
    – dicht langs een oppervlak bewegen 1
    • schuiven verbo (schuif, schuift, schoof, schoven, geschoven)
      • schuif eens opzij1
  4. schuiven
    – verplaatsen door te duwen 1
    schuiven
    – verplaatsen door te duwen 1
    • schuiven verbo (schuif, schuift, schoof, schoven, geschoven)
      • ik schoof de stoel bij het raam1

Conjugaciones de schuiven:

o.t.t.
  1. schuif
  2. schuift
  3. schuift
  4. schuiven
  5. schuiven
  6. schuiven
o.v.t.
  1. schoof
  2. schoof
  3. schoof
  4. schoven
  5. schoven
  6. schoven
v.t.t.
  1. heb geschoven
  2. hebt geschoven
  3. heeft geschoven
  4. hebben geschoven
  5. hebben geschoven
  6. hebben geschoven
v.v.t.
  1. had geschoven
  2. had geschoven
  3. had geschoven
  4. hadden geschoven
  5. hadden geschoven
  6. hadden geschoven
o.t.t.t.
  1. zal schuiven
  2. zult schuiven
  3. zal schuiven
  4. zullen schuiven
  5. zullen schuiven
  6. zullen schuiven
o.v.t.t.
  1. zou schuiven
  2. zou schuiven
  3. zou schuiven
  4. zouden schuiven
  5. zouden schuiven
  6. zouden schuiven
en verder
  1. ben geschoven
  2. bent geschoven
  3. is geschoven
  4. zijn geschoven
  5. zijn geschoven
  6. zijn geschoven
diversen
  1. schuif!
  2. schuift!
  3. geschoven
  4. schuivend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Palabras relacionadas con "schuiven":


Definiciones relacionadas de "schuiven":

  1. dicht langs een oppervlak bewegen1
    • schuif eens opzij1
  2. verplaatsen door te duwen1
    • ik schoof de stoel bij het raam1

schoven forma de schoof:

schoof [de ~] sustantivo

  1. de schoof
    de schoof; de bundel; het bosje

Palabras relacionadas con "schoof":