Sinónimos de "uittesten" en neerlandés
Neerlandés
Sinónimos detallados de uittesten en neerlandés
uittesten:
-
uittesten
testen;
toetsen;
uitproberen;
uittesten
-
testen
verbo
(test, testte, testten, getest)
-
toetsen
verbo
(toets, toetst, toetste, toetsten, getoetst)
-
uitproberen
verbo
(probeer uit, probeert uit, probeerde uit, probeerden uit, uitgeprobeerd)
-