Resumen
Neerlandés a sueco:   más información...
  1. ontleden:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de ontleden de neerlandés a sueco

ontleden:

ontleden verbo (ontleed, ontleedt, ontleedde, ontleedden, ontleden)

  1. ontleden (analyseren)
    analysera
    • analysera verbo (analyserar, analyserade, analyserat)
  2. ontleden (anatomiseren; uit elkaar nemen)
    dra ner; ta isär
    • dra ner verbo (drar ner, drog ner, dragit ner)
    • ta isär verbo (tar isär, tog isär, tagit isär)

Conjugaciones de ontleden:

o.t.t.
  1. ontleed
  2. ontleedt
  3. ontleedt
  4. ontleden
  5. ontleden
  6. ontleden
o.v.t.
  1. ontleedde
  2. ontleedde
  3. ontleedde
  4. ontleedden
  5. ontleedden
  6. ontleedden
v.t.t.
  1. heb ontleden
  2. hebt ontleden
  3. heeft ontleden
  4. hebben ontleden
  5. hebben ontleden
  6. hebben ontleden
v.v.t.
  1. had ontleden
  2. had ontleden
  3. had ontleden
  4. hadden ontleden
  5. hadden ontleden
  6. hadden ontleden
o.t.t.t.
  1. zal ontleden
  2. zult ontleden
  3. zal ontleden
  4. zullen ontleden
  5. zullen ontleden
  6. zullen ontleden
o.v.t.t.
  1. zou ontleden
  2. zou ontleden
  3. zou ontleden
  4. zouden ontleden
  5. zouden ontleden
  6. zouden ontleden
en verder
  1. ben ontleden
  2. bent ontleden
  3. is ontleden
  4. zijn ontleden
  5. zijn ontleden
  6. zijn ontleden
diversen
  1. ontleed!
  2. ontleedt!
  3. ontleden
  4. ontledend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

ontleden [znw.] sustantivo

  1. ontleden (analyse; analyseren)
    analys

Translation Matrix for ontleden:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
analys analyse; analyseren; ontleden analyse
dra ner omhalen
ta isär aftuigen; demontage; ontmanteling; onttakelen; uiteenname; verbloeming
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
analysera analyseren; ontleden
dra ner anatomiseren; ontleden; uit elkaar nemen afknotten; neerslaan; omslaan; omvertrekken; onderuithalen; vloeren
ta isär anatomiseren; ontleden; uit elkaar nemen demonteren; ontmantelen; onttakelen; uit elkaar halen; uit elkaar nemen; uiteen nemen

Wiktionary: ontleden


Cross Translation:
FromToVia
ontleden sönderdela; dissocier dissocierséparer des éléments qui étaient associés.
ontleden lösa résoudre — Décomposer un corps en ses éléments.