Resumen
Neerlandés a sueco:   más información...
  1. abstineren:


Neerlandés

Traducciones detalladas de abstineren de neerlandés a sueco

abstineren:

abstineren verbo (abstineer, abstineert, abstineerde, abstineerden, geabstineerd)

  1. abstineren (vasten)
    fast; avstå från mat
  2. abstineren (onthouden; afwijzen; afwimpelen; bedanken; afslaan)
    avstå; avhålla sig
    • avstå verbo (avstår, avstod, avstått)
    • avhålla sig verbo (avhåller sig, avhöll sig, avhållit sig)

Conjugaciones de abstineren:

o.t.t.
  1. abstineer
  2. abstineert
  3. abstineert
  4. abstineren
  5. abstineren
  6. abstineren
o.v.t.
  1. abstineerde
  2. abstineerde
  3. abstineerde
  4. abstineerden
  5. abstineerden
  6. abstineerden
v.t.t.
  1. ben geabstineerd
  2. bent geabstineerd
  3. is geabstineerd
  4. zijn geabstineerd
  5. zijn geabstineerd
  6. zijn geabstineerd
v.v.t.
  1. was geabstineerd
  2. was geabstineerd
  3. was geabstineerd
  4. waren geabstineerd
  5. waren geabstineerd
  6. waren geabstineerd
o.t.t.t.
  1. zal abstineren
  2. zult abstineren
  3. zal abstineren
  4. zullen abstineren
  5. zullen abstineren
  6. zullen abstineren
o.v.t.t.
  1. zou abstineren
  2. zou abstineren
  3. zou abstineren
  4. zouden abstineren
  5. zouden abstineren
  6. zouden abstineren
diversen
  1. abstineer!
  2. abstineert!
  3. geabstineerd
  4. abstinerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for abstineren:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
avhålla sig abstineren; afslaan; afwijzen; afwimpelen; bedanken; onthouden onthouden; opnemen; opslaan
avstå abstineren; afslaan; afwijzen; afwimpelen; bedanken; onthouden afstaan; onthouden; opnemen; opslaan; overgeven
avstå från mat abstineren; vasten
fast abstineren; vasten
ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
fast degelijk; gelijkmatig; gestaag; hecht; solide; stevig