Resumen
Neerlandés a sueco:   más información...
  1. afkrabben:


Neerlandés

Traducciones detalladas de afkrabben de neerlandés a sueco

afkrabben:

afkrabben verbo (krab af, krabt af, krabde af, krabden af, afgekrabd)

  1. afkrabben (schrappen; schrapen)
    klösa av; riva av
    • klösa av verbo (klösar av, klösade av, klössat av)
    • riva av verbo (river av, rev av, rivit av)

Conjugaciones de afkrabben:

o.t.t.
  1. krab af
  2. krabt af
  3. krabt af
  4. krabben af
  5. krabben af
  6. krabben af
o.v.t.
  1. krabde af
  2. krabde af
  3. krabde af
  4. krabden af
  5. krabden af
  6. krabden af
v.t.t.
  1. heb afgekrabd
  2. hebt afgekrabd
  3. heeft afgekrabd
  4. hebben afgekrabd
  5. hebben afgekrabd
  6. hebben afgekrabd
v.v.t.
  1. had afgekrabd
  2. had afgekrabd
  3. had afgekrabd
  4. hadden afgekrabd
  5. hadden afgekrabd
  6. hadden afgekrabd
o.t.t.t.
  1. zal afkrabben
  2. zult afkrabben
  3. zal afkrabben
  4. zullen afkrabben
  5. zullen afkrabben
  6. zullen afkrabben
o.v.t.t.
  1. zou afkrabben
  2. zou afkrabben
  3. zou afkrabben
  4. zouden afkrabben
  5. zouden afkrabben
  6. zouden afkrabben
diversen
  1. krab af!
  2. krabt af!
  3. afgekrabd
  4. afkrabbende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

afkrabben [znw.] sustantivo

  1. afkrabben (schraapsel)

Translation Matrix for afkrabben:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
avskrapningar afkrabben; schraapsel
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
klösa av afkrabben; schrapen; schrappen
riva av afkrabben; schrapen; schrappen kapot scheuren; verscheuren