Resumen
Neerlandés a sueco:   más información...
  1. bouwvallig worden:


Neerlandés

Traducciones detalladas de bouwvallig worden de neerlandés a sueco

bouwvallig worden:

bouwvallig worden verbo (word bouwvallig, wordt bouwvallig, werd bouwvallig, werden bouwvallig, bouwvallig geworden)

  1. bouwvallig worden (vervallen)
    förfalla
    • förfalla verbo (förfaller, förföll, förfallit)

Conjugaciones de bouwvallig worden:

o.t.t.
  1. word bouwvallig
  2. wordt bouwvallig
  3. wordt bouwvallig
  4. worden bouwvallig
  5. worden bouwvallig
  6. worden bouwvallig
o.v.t.
  1. werd bouwvallig
  2. werd bouwvallig
  3. werd bouwvallig
  4. werden bouwvallig
  5. werden bouwvallig
  6. werden bouwvallig
v.t.t.
  1. ben bouwvallig geworden
  2. bent bouwvallig geworden
  3. is bouwvallig geworden
  4. zijn bouwvallig geworden
  5. zijn bouwvallig geworden
  6. zijn bouwvallig geworden
v.v.t.
  1. was bouwvallig geworden
  2. was bouwvallig geworden
  3. was bouwvallig geworden
  4. waren bouwvallig geworden
  5. waren bouwvallig geworden
  6. waren bouwvallig geworden
o.t.t.t.
  1. zal bouwvallig worden
  2. zult bouwvallig worden
  3. zal bouwvallig worden
  4. zullen bouwvallig worden
  5. zullen bouwvallig worden
  6. zullen bouwvallig worden
o.v.t.t.
  1. zou bouwvallig worden
  2. zou bouwvallig worden
  3. zou bouwvallig worden
  4. zouden bouwvallig worden
  5. zouden bouwvallig worden
  6. zouden bouwvallig worden
diversen
  1. word bouwvallig!
  2. wordt bouwvallig!
  3. bouwvallig geworden
  4. bouwvallig wordend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for bouwvallig worden:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
förfalla bouwvallig worden; vervallen afnemen; afrotten; bederven; brokkelen; dalen; declineren; kruimelen; minder worden; minderen; ongeldig worden; rotten; tanen; teruggaan; vergaan; verkommeren; verminderen; vermolmen; verrotten; vervallen; wegrotten

Traducciones relacionadas de bouwvallig worden