Resumen
Neerlandés a sueco:   más información...
  1. grif:
  2. griffen:


Neerlandés

Traducciones detalladas de grif de neerlandés a sueco

grif:


Translation Matrix for grif:

ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
utan svårighet grif; grifweg; met gemak; vlot

grif forma de griffen:

griffen verbo (grif, grift, grifde, grifden, gegrift)

  1. griffen (met een stift inkrassen; graveren; griffelen)
    ingravera; rista in
    • ingravera verbo (ingraverar, ingraverade, ingraverat)
    • rista in verbo (ristar in, ristade in, ristat in)

Conjugaciones de griffen:

o.t.t.
  1. grif
  2. grift
  3. grift
  4. griffen
  5. griffen
  6. griffen
o.v.t.
  1. grifde
  2. grifde
  3. grifde
  4. grifden
  5. grifden
  6. grifden
v.t.t.
  1. heb gegrift
  2. hebt gegrift
  3. heeft gegrift
  4. hebben gegrift
  5. hebben gegrift
  6. hebben gegrift
v.v.t.
  1. had gegrift
  2. had gegrift
  3. had gegrift
  4. hadden gegrift
  5. hadden gegrift
  6. hadden gegrift
o.t.t.t.
  1. zal griffen
  2. zult griffen
  3. zal griffen
  4. zullen griffen
  5. zullen griffen
  6. zullen griffen
o.v.t.t.
  1. zou griffen
  2. zou griffen
  3. zou griffen
  4. zouden griffen
  5. zouden griffen
  6. zouden griffen
diversen
  1. grif!
  2. grift!
  3. gegrift
  4. griffend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for griffen:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
ingravera graveren; griffelen; griffen; met een stift inkrassen inbeitelen; inetsen; ingraveren
rista in graveren; griffelen; griffen; met een stift inkrassen ingraveren