Noun | Traducciones relacionadas | Other Translations |
skrika
|
|
gillen; joelen; kreten; roepen; schreeuwen
|
Verb | Traducciones relacionadas | Other Translations |
böla
|
brullen; het uitgillen; uitroepen; uitschreeuwen
|
blaten; blèren; brullen; huilen; mekkeren; tranen; tranen afscheiden
|
ropa högt
|
brullen; het uitgillen; uitroepen; uitschreeuwen
|
|
ryta
|
brullen; het uitgillen; uitroepen; uitschreeuwen
|
uitgalmen
|
råma
|
brullen; het uitgillen; uitroepen; uitschreeuwen
|
loeien
|
skrika
|
brullen; het uitgillen; uitroepen; uitschreeuwen
|
aanroepen; blaffen; blèren; brullen; bulderen; daveren; fulmineren; gillen; huilen; janken; joelen; keffen; krijsen; praaien; razen; roepen; schreeuwen; te keer gaan; tekeergaan; tieren; uitgieren; uitgillen; uitjouwen; uitkrijsen
|
tjuta
|
brullen; het uitgillen; uitroepen; uitschreeuwen
|
blaffen; brullen; bulderen; daveren; fulmineren; grienen; huilen; janken; luidkeels iets verkondigen; razen; schetteren; schreeuwen; snikken; snotteren; tekeergaan; tetteren; tieren; tranen; tranen afscheiden
|
vråla
|
brullen; het uitgillen; uitroepen; uitschreeuwen
|
blaffen; blèren; brullen; bulderen; daveren; fulmineren; gillen; joelen; krijsen; luidkeels iets verkondigen; razen; schetteren; schreeuwen; tekeergaan; tetteren; tieren; uitgalmen; uitgillen; uitjouwen; uitkrijsen
|