Neerlandés

Traducciones detalladas de laster de neerlandés a sueco

laster:

laster [de ~ (m)] sustantivo

  1. de laster (schande; smaad; oneer)
    skada; tala illa
  2. de laster (kwaadsprekerij; zwartmaken; roddelpraat; )
  3. de laster (smaad; achterklap)
    skvaller; förtal; baktal
  4. de laster (roddel; kwaadsprekerij; lastering; )
    skvaller; smutskastning; baktaleri

Translation Matrix for laster:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
baktal achterklap; laster; smaad
baktaleri achterklap; geroddel; kwaadsprekerij; laster; lastering; lasterpraatje; roddel; roddelpraat; zwartmaken
förtal achterklap; laster; smaad belastering; eerroof
skada laster; oneer; schande; smaad afbreuk; averij; belediging; benadeling; beschadigen; beschadiging; blessure; grief; het verliezen; krenking; kwetsen; kwetsuur; letsel; nadeel; schade; schadepost; verlies; verliespost; verwonding; wond
skvaller achterklap; geroddel; kwaadsprekerij; laster; lastering; lasterpraatje; roddel; roddelpraat; smaad; zwartmaken achterklap; gebabbel; geklap; geklep; geklets; gekout; gepraat; geroddel; klap; klets; kletspraat; praat; praatjes; quatsch; roddel; roddelaar; roddelaarster; roddelpraat; roddels
smutskastning achterklap; geroddel; kwaadsprekerij; laster; lastering; lasterpraatje; roddel; roddelpraat; zwartmaken haatcampagne
snacka skit achterklap; geroddel; kwaadsprekerij; laster; lastering; lasterpraatje; roddel; roddelpraat; zwartmaken
tala illa laster; oneer; schande; smaad
tala illa bakom ryggen achterklap; geroddel; kwaadsprekerij; laster; lastering; lasterpraatje; roddel; roddelpraat; zwartmaken
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
skada aantasten; aanvreten; afbreuk doen aan; bederven; benadelen; beschadigen; bezeren; blesseren; deren; duperen; folteren; knauwen; krenken; kwellen; kwetsen; martelen; nadeel berokkenen; nadeel toebrengen; nadelig zijn voor; onteren; ontwijden; pijn bezorgen; pijn doen; pijnigen; schade berokkenen; schade toebrengen aan; schaden; verwonden; zeer doen
snacka skit erop los praten
ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
skada helaas; jammer; jammer genoeg; sneu; spijtig

Palabras relacionadas con "laster":


Wiktionary: laster


Cross Translation:
FromToVia
laster förtal slander — false, malicious statement
laster förtal diffamation — Action de diffamer

laster forma de lasteren:

lasteren verbo (laster, lastert, lasterde, lasterden, gelasterd)

  1. lasteren (kwaadspreken; belasteren; smaden)
  2. lasteren (kwaadspreken; roddelen; belasteren)
    tala illa om andra; tala dåligt
    • tala illa om andra verbo (talar illa om andra, talade illa om andra, talat illa om andra)
    • tala dåligt verbo (talar dåligt, talade dåligt, talat dåligt)

Conjugaciones de lasteren:

o.t.t.
  1. laster
  2. lastert
  3. lastert
  4. lasteren
  5. lasteren
  6. lasteren
o.v.t.
  1. lasterde
  2. lasterde
  3. lasterde
  4. lasterden
  5. lasterden
  6. lasterden
v.t.t.
  1. heb gelasterd
  2. hebt gelasterd
  3. heeft gelasterd
  4. hebben gelasterd
  5. hebben gelasterd
  6. hebben gelasterd
v.v.t.
  1. had gelasterd
  2. had gelasterd
  3. had gelasterd
  4. hadden gelasterd
  5. hadden gelasterd
  6. hadden gelasterd
o.t.t.t.
  1. zal lasteren
  2. zult lasteren
  3. zal lasteren
  4. zullen lasteren
  5. zullen lasteren
  6. zullen lasteren
o.v.t.t.
  1. zou lasteren
  2. zou lasteren
  3. zou lasteren
  4. zouden lasteren
  5. zouden lasteren
  6. zouden lasteren
diversen
  1. laster!
  2. lastert!
  3. gelasterd
  4. lasterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for lasteren:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
slandra belasteren; kwaadspreken; lasteren; smaden
tala dåligt belasteren; kwaadspreken; lasteren; roddelen
tala illa om andra belasteren; kwaadspreken; lasteren; roddelen

Palabras relacionadas con "lasteren":


Wiktionary: lasteren


Cross Translation:
FromToVia
lasteren bakdanta; baktala; förtala; häda; nedsvärta calomnierattaquer, blesser quelqu’un par des calomnies.

Traducciones automáticas externas: