Neerlandés
Traducciones detalladas de onderhoud de neerlandés a sueco
onderhoud:
-
het onderhoud (onderhoudsgeld; voedsel; kost)
-
het onderhoud (verzorging)
-
het onderhoud (in goede staat houden)
hålla uppe-
hålla uppe sustantivo
-
-
het onderhoud (samenspraak; gesprek)
Translation Matrix for onderhoud:
Palabras relacionadas con "onderhoud":
onderhoud forma de onderhouden:
-
onderhouden (financieel steunen)
hjälpa någon finansiellt; stödja ekonomiskt; underhålla-
hjälpa någon finansiellt verbo (hjälper någon finansiellt, hjälpte någon finansiellt, hjälpt någon finansiellt)
-
-
onderhouden (in stand houden; behouden)
Conjugaciones de onderhouden:
o.t.t.
- onderhoud
- onderhoudt
- onderhoudt
- onderhouden
- onderhouden
- onderhouden
o.v.t.
- onderhield
- onderhield
- onderhield
- onderhielden
- onderhielden
- onderhielden
v.t.t.
- heb onderhouden
- hebt onderhouden
- heeft onderhouden
- hebben onderhouden
- hebben onderhouden
- hebben onderhouden
v.v.t.
- had onderhouden
- had onderhouden
- had onderhouden
- hadden onderhouden
- hadden onderhouden
- hadden onderhouden
o.t.t.t.
- zal onderhouden
- zult onderhouden
- zal onderhouden
- zullen onderhouden
- zullen onderhouden
- zullen onderhouden
o.v.t.t.
- zou onderhouden
- zou onderhouden
- zou onderhouden
- zouden onderhouden
- zouden onderhouden
- zouden onderhouden
en verder
- ben onderhouden
- bent omderhouden
- is onderhouden
- zijn onderhouden
- zijn onderhouden
- zijn onderhouden
diversen
- onderhoud!
- onderhoudt!
- onderhouden
- onderhoudend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
onderhouden (verzorgd)
Translation Matrix for onderhouden:
Verb | Traducciones relacionadas | Other Translations |
hjälpa någon finansiellt | financieel steunen; onderhouden | |
hålla vid makt | behouden; in stand houden; onderhouden | |
stödja ekonomiskt | financieel steunen; onderhouden | |
underhålla | financieel steunen; onderhouden | binnenhalen; conserveren; feestelijk onthalen; fuiven; fêteren; instandhouden; onthalen; ontvangen; vergasten; verlustigen |
uppehålla | behouden; in stand houden; onderhouden | aarzelen; dralen; drentelen; druilen; hannesen; ophouden; rekken; talmen; temporiseren; teuten; treuzelen; vertragen; zaniken; zeiken; zeuren |
upprätthålla | behouden; in stand houden; onderhouden | conserveren; groothouden; instandhouden |
vidmakthålla | behouden; in stand houden; onderhouden | |
Modifier | Traducciones relacionadas | Other Translations |
omhändertagen | onderhouden; verzorgd | |
omhändertaget | onderhouden; verzorgd | |
sörjt för | onderhouden; verzorgd |
Palabras relacionadas con "onderhouden":
Sinónimos de "onderhouden":
Antónimos de "onderhouden":
Definiciones relacionadas de "onderhouden":
Wiktionary: onderhouden
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• onderhouden | → roa | ↔ amuser — divertir par des choses agréables. |
• onderhouden | → behålla; förvara; konservera | ↔ conserver — maintenir en bon état, apporter le soin nécessaire pour empêcher qu’une chose ne se gâter, ne dépérir. |
• onderhouden | → behålla; förvara; konservera | ↔ maintenir — tenir ferme et fixe. |