Resumen
Neerlandés a sueco:   más información...
  1. rabauwen:
  2. rabauw:


Neerlandés

Traducciones detalladas de rabauwen de neerlandés a sueco

rabauwen:

rabauwen [de ~] sustantivo, plural

  1. de rabauwen (schurken; boeven)
    skurkar; bovar; uslingar

Translation Matrix for rabauwen:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
bovar boeven; rabauwen; schurken
skurkar boeven; rabauwen; schurken achterbakse personen; onbetrouwbare kerels; ploerten; rotzakken; schoeljes; smeerlappen; smiechten
uslingar boeven; rabauwen; schurken

Palabras relacionadas con "rabauwen":


rabauw:

rabauw [de ~ (m)] sustantivo

  1. de rabauw
    skurk

Translation Matrix for rabauw:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
skurk rabauw bandiet; bedrieger; boef; boosdoener; booswicht; ellendeling; fielt; gemenerik; kaffer; klier; kreng; mispunt; naarling; onverlaat; oplichter; picaro; rotvent; rotzak; schavuit; schelm; schobbejak; schoft; schooier; schurk; slechtaard; sloeber; smeerlap; smiecht; snertvent; snoodaard; spitsboef; stinkerd; stuk ongeluk

Palabras relacionadas con "rabauw":