Resumen
Neerlandés a sueco:   más información...
  1. toeroepen:


Neerlandés

Traducciones detalladas de toeroepen de neerlandés a sueco

toeroepen:

toeroepen verbo (roep toe, roept toe, riep toe, riepen toe, toegeroepen)

  1. toeroepen (aanroepen)
    skrika åt; ropa till
    • skrika åt verbo (skriker åt, skrek åt, skrikit åt)
    • ropa till verbo (ropar till, ropade till, ropat till)

Conjugaciones de toeroepen:

o.t.t.
  1. roep toe
  2. roept toe
  3. roept toe
  4. roepen toe
  5. roepen toe
  6. roepen toe
o.v.t.
  1. riep toe
  2. riep toe
  3. riep toe
  4. riepen toe
  5. riepen toe
  6. riepen toe
v.t.t.
  1. heb toegeroepen
  2. hebt toegeroepen
  3. heeft toegeroepen
  4. hebben toegeroepen
  5. hebben toegeroepen
  6. hebben toegeroepen
v.v.t.
  1. had toegeroepen
  2. had toegeroepen
  3. had toegeroepen
  4. hadden toegeroepen
  5. hadden toegeroepen
  6. hadden toegeroepen
o.t.t.t.
  1. zal toeroepen
  2. zult toeroepen
  3. zal toeroepen
  4. zullen toeroepen
  5. zullen toeroepen
  6. zullen toeroepen
o.v.t.t.
  1. zou toeroepen
  2. zou toeroepen
  3. zou toeroepen
  4. zouden toeroepen
  5. zouden toeroepen
  6. zouden toeroepen
en verder
  1. ben toegeroepen
  2. bent toegeroepen
  3. is toegeroepen
  4. zijn toegeroepen
  5. zijn toegeroepen
  6. zijn toegeroepen
diversen
  1. roep toe!
  2. roept toe!
  3. toegeroepen
  4. toeroepend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

toeroepen [znw.] sustantivo

  1. toeroepen
    kallande

Translation Matrix for toeroepen:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
kallande toeroepen
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
ropa till aanroepen; toeroepen
skrika åt aanroepen; toeroepen

Traducciones relacionadas de toeroepen