Resumen
Neerlandés a sueco:   más información...
  1. verloten:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de verloten de neerlandés a sueco

verloten:

verloten verbo (verloot, verlootte, verlootten, verloot)

  1. verloten (loten)
    lotta ut
    • lotta ut verbo (lottar ut, lottade ut, lottat ut)

Conjugaciones de verloten:

o.t.t.
  1. verloot
  2. verloot
  3. verloot
  4. verloten
  5. verloten
  6. verloten
o.v.t.
  1. verlootte
  2. verlootte
  3. verlootte
  4. verlootten
  5. verlootten
  6. verlootten
v.t.t.
  1. heb verloot
  2. hebt verloot
  3. heeft verloot
  4. hebben verloot
  5. hebben verloot
  6. hebben verloot
v.v.t.
  1. had verloot
  2. had verloot
  3. had verloot
  4. hadden verloot
  5. hadden verloot
  6. hadden verloot
o.t.t.t.
  1. zal verloten
  2. zult verloten
  3. zal verloten
  4. zullen verloten
  5. zullen verloten
  6. zullen verloten
o.v.t.t.
  1. zou verloten
  2. zou verloten
  3. zou verloten
  4. zouden verloten
  5. zouden verloten
  6. zouden verloten
diversen
  1. verloot!
  2. verloot!
  3. verloot
  4. verlotend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for verloten:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
lotta ut loten; verloten

Wiktionary: verloten


Cross Translation:
FromToVia
verloten lotta allot — to distribute